Fritz Ketz
Fritz Ketz (1903-1983) Ketz werd geboren in Duisburg aan de rivier de Rijn en groeide op in het geboortedorp van zijn vader in Oost-Pruisen, genaamd Karasch nabij Deutsch-Eylau, nu Karas bij Ilawa, voormalig Duitsland nu in Polen. Hij studeerde van 1929 tot begin jaren dertig aan de kunstacademie van Stuttgart. Tijdens de Tweede Wereldoorlog verbleef hij in Duitsland, in Stuttgart, waar zijn atelier tijdens de luchtaanval in 1943 totaal werd verwoest, samen met honderden van zijn schilderijen, maar hijzelf overleefde op wonderbaarlijke wijze. Daarom dateert slechts een zeer klein aantal van zijn grafiek of schilderijen van vóór 1943. Tijdens het Derde Rijk werd hij door de Gestapo vervolgd vanwege zijn kritische schetsen en houding tegenover het nazisme. Met de hulp van vrienden ontsnapte hij naar de Zwabische bergen, waar hij zich tot het einde van de oorlog kon verstoppen, verzorgd door vrienden. Na de oorlog bouwde hij zijn nieuwe atelier in de Zwabische bergen, in Pfullingen, vlakbij Reutlingen, Baden Württemberg, waar hij tot zijn dood in 1983 woonde. Hij woonde vlakbij de bekende Duitse kunstenaar HAP Grieshaber. Vanaf eind jaren vijftig ontwikkelde hij op zeer expressionistische wijze een bijzondere manier van aquarelleren, in dichte kleuren, vergelijkbaar met olieverf, maar veel spontaner. Zo werd hij in de 20e eeuw een belangrijke hervormer van de moderne aquarel in de Duitse kunst, hoewel hij geen grote bekendheid verwierf. Niettemin is hij een belangrijke kunstenaar in de Zuid-Duitse kunstgeschiedenis van de 20e eeuw, waarbij hij als individu altijd onafhankelijk blijft. Naast aquarel was zijn favoriete medium het schetsen met pen en inkt.